De voorzorgsmaatregelen voor enterale voeding zijn als volgt:
1. Zorg ervoor dat de voedingsoplossing en de infusieapparatuur schoon en steriel zijn
De voedingsoplossing moet worden bereid in een steriele omgeving, tijdelijk in een koelkast (onder 4 °C) worden bewaard en binnen 24 uur worden gebruikt. De bereidingscontainer en infusieapparatuur moeten schoon en steriel worden gehouden.
2. Bescherm slijmvliezen en huid
Patiënten met een langdurige neusmaagsonde of neus-darmsonde zijn gevoelig voor ulcera door de voortdurende druk op het neus- en keelslijmvlies. Ze moeten dagelijks zalf aanbrengen om de neusholte gesmeerd te houden en de huid rond de fistel schoon en droog te houden.
3. Voorkom aspiratie
3.1 Verplaats de maagsonde en let op de positie; let er vooral op dat de neusmaagsonde op zijn plaats blijft tijdens de infusie van de voedingsoplossing en beweeg de sonde niet omhoog, want dan verloopt de maaglediging langzaam en wordt de voedingsoplossing via de neusmaagsonde of gastrostomie toegediend. De patiënt neemt een halfliggende positie aan om reflux en aspiratie te voorkomen.
3.2 Meet de hoeveelheid restvocht in de maag: pomp tijdens de infusie van de voedingsoplossing elke 4 uur de resterende hoeveelheid in de maag. Als deze meer dan 150 ml bedraagt, moet de infusie worden stopgezet.
3.3 Observatie en behandeling: Tijdens de infusie van de voedingsoplossing moet de reactie van de patiënt nauwlettend worden geobserveerd. Wanneer hoesten, het ophoesten van monsters van de voedingsoplossing, verstikking of kortademigheid optreedt, kan dit worden vastgesteld als aspiratie. Moedig de patiënt aan om te hoesten en te aspireren. Verwijder indien nodig de ingeademde stof via een bronchoscoop.
4. Voorkom gastro-intestinale complicaties
4.1 Complicaties van katheterisatie:
4.1.1 Letsel aan het neus-keel- en slokdarmslijmvlies: Dit wordt veroorzaakt door een te harde tube, een onjuiste bediening of een te lange intubatietijd;
4.1.2 Verstopping van de pijpleiding: Dit wordt veroorzaakt doordat het lumen te dun is, de voedingsoplossing te dik, ongelijkmatig, gestold is en de stroomsnelheid te laag is.
4.2 Gastro-intestinale complicaties: misselijkheid, braken, buikpijn, een opgeblazen gevoel, diarree, constipatie, enz., die worden veroorzaakt door de temperatuur, snelheid en concentratie van de voedingsoplossing en de daardoor veroorzaakte onjuiste osmotische druk; verontreiniging van de voedingsoplossing veroorzaakt darminfectie; medicijnen veroorzaken buikpijn en diarree.
Preventiemethode:
1) De concentratie en osmotische druk van de bereide voedingsoplossing: Een te hoge concentratie en osmotische druk van de voedingsoplossing kunnen gemakkelijk misselijkheid, braken, buikpijn en diarree veroorzaken. Beginnend bij een lage concentratie, doorgaans beginnend bij 12% en geleidelijk oplopend tot 25%, begint de energie bij 2,09 kJ/ml en loopt op tot 4,18 kJ/ml.
2) Controleer het vloeistofvolume en de infusiesnelheid: begin met een kleine hoeveelheid vloeistof, het initiële volume is 250-500 ml/dag, en bereik geleidelijk het volledige volume binnen 1 week. De infusiesnelheid begint bij 20 ml/u en neemt geleidelijk toe tot 120 ml/u per dag.
3) Controleer de temperatuur van de voedingsoplossing: de temperatuur van de voedingsoplossing mag niet te hoog zijn om verbranding van het maag-darmslijmvlies te voorkomen. Een te lage temperatuur kan een opgeblazen gevoel, buikpijn en diarree veroorzaken. De oplossing kan buiten de proximale sonde van de voedingssonde worden verwarmd. Over het algemeen wordt de temperatuur rond de 38 °C gehouden.
4.3 Infectieuze complicaties: Aspiratiepneumonie wordt veroorzaakt door een verkeerde plaatsing of verplaatsing van de katheter, vertraagde maaglediging of reflux van voedingsvloeistof, geneesmiddelen of neuropsychiatrische aandoeningen veroorzaakt door lage reflexen.
4.4 Metabole complicaties: hyperglykemie, hypoglykemie en elektrolytstoornissen, veroorzaakt door een ongelijkmatige voedingsoplossing of een onjuiste samenstelling van de componenten.
5. Verzorging van de voedingssonde
5.1 Correct repareren
5.2 Voorkom draaien, vouwen en samendrukken
5.3 Schoon en steriel houden
5.4 Regelmatig wassen
Geplaatst op: 16 juli 2021